Wiebe Buddingh’

(Dordrecht, 1957)

 

Biografie

Wiebe Buddingh’ is de zoon van dichter C. Buddingh’. Hij is vertaler en houdt meer van lezen en schrijven dan van praten. Wiebe vertaalt veel verschillende boeken, voor De Harmonie onder andere boeken van Tom Sharpe en J.K. Rowling. Voor andere uitgeverijen vertaalt hij kinderboeken, science fiction en humoristische boeken. Die variatie in verschillende boeken bevalt hem goed.

Wiebe vertaalt thuis. Eerst leest hij het te vertalen boek en maakt dan aantekeningen van lastige namen, begrippen en woordspelingen. Daar kan hij dan alvast over nadenken. Daarna begint hij aan de vertaling zelf. Als laatste volgt een uitgebreide correctie, die een paar weken in beslag neemt en waar hij altijd nog veel aan verandert.

Hieronder het interview met Wiebe Buddingh’ door Thomas de Veen van de Zweinstein Club:

Welk Potterboek vindt u het leukst?
– ‘Dat is een moeilijke vraag. Ik vind ze allemaal even goed. Toen het eerste deel was verschenen, dacht ik dat het moeilijk zou worden voor J.K. Rowling om een even goed vervolg te schrijven, maar tot nu toe heeft ze dat altijd gedaan. Ik verwacht ook wel dat ze dat in de komende delen vol zal houden; ze heeft al zo veel verzonnen. Ze lijkt een haast onuitputtelijke fantasie te hebben.’

Heeft u een hoofdstuk dat u het leukst vond om te vertalen?
– ‘Ik vond de finale van het WK Zwerkbal in de Vuurbeker erg leuk om te vertalen, omdat ik Zwerkbal over het algemeen erg leuk vind om te vertalen. Ook de stukken waar Gladianus Smalhart in voorkomt vind ik erg leuk, dat was zo’n grappig figuur.’

Hoe komt u aan de vertalingen van namen? Verzamelt u ook grappige namen, net als J.K. Rowling?
– ‘Ja, ik verzamel ook grappige namen. Ik haal de namen uit het woordenboek. Er zijn veel bestaande woorden die geschikt zijn als grappige namen voor de figuren uit de Potterboeken. En ik haal ze uit de telefoongids en van straat. In deel twee komt de naam Olivia Spork voor, en ik weet niet of het toeval is, maar nadat de vertaling van het tweede deel verschenen was hoorde ik dat Olivia Spork een bestaand persoon uit Dordrecht is. Ik heb lang in Dordrecht gewoond, dus misschien heb ik die naam daar wel gehoord of gelezen. Ik hoorde ook dat er mensen zijn die Sneep heten. Via het woordenboek kwam ik op de naam Smalhart. Dat was een bepaald soort dier: het paste erg goed bij het karakter van professor Smalhart, dus heb ik hem die naam gegeven.’

Moet u soms lang nadenken over een te vertalen naam? Welke naam was moeilijk te vertalen?
– ‘Ja, zeker. Soms zit ik lang voor me uit te staren tot ik op een geschikte naam kom. Ik moest onder andere lang nadenken over de naam van professor Zwamdrift. De naam Viavia had ik gekozen in overleg met de uitgever, die vaak suggesties doet. Maar over de naam Wemel hoefde ik helemaal niet zo lang na te denken, omdat het in het Engels Weasly is, dat lijkt er al een beetje op. Bij de Wemels zijn ze natuurlijk met heel veel: het krioelt er, het wemelt er.’

Waren er stukken die minder leuk waren om te vertalen?
– ‘Nee, eigenlijk niet. Misschien de stukjes aan het begin, de samenvattingen van wat er in de vorige Potterboeken is gebeurd. Maar die stukjes zijn eigenlijk niet erg, want J.K. Rowling heeft ze niet te lang gemaakt.’

Op welke vertaling van een naam van de figuren uit de boeken bent u het meest trots?
– ‘Ik ben erg trots op de naam Glamorgana; de betoverende mascottes van Bulgarije bij het WK Zwerkbal.’

Als u een stuk vertaling achteraf nog eens leest, bent u er dan weleens ontevreden over?
– ‘Nee, ik herlees de vertalingen sowieso niet veel. Je gaat niet je eigen vertaling herlezen. Ik ben er erg tevreden over.’

© 2001 Thomas de Veen


Prijzen